09 Specifieke werkzaamheden
>
Monstername bij consumenten
Introductie
Deze instructie is bedoeld om jou als medewerker van een waterbedrijf te informeren over de monstername procedures en afspraken. Een juiste werkwijze is namelijk essentieel voor de betrouwbaarheid van de uiteindelijke analyse.
1. Leiding doorspoelen
Leiding,indien mogelijk, doorspoelen tot "constante temperatuur" en anders (bij grote gebouwen) in elk geval minimaal 2 minuten.
- Doe de kraan helemaal open gedurende enkele seconden om het kraanhuis schoon te spoelen en laat vervolgens de kraan tenminste 2 min. doorstromen met eenredelijke stroom, of totdat de temperatuur constant is (gedurende 15 seconden constant op 0,1 graad Celcius).
- Noteer de temperatuur op de werklijst
- Draai de kraan weer dicht en verwijder eventueel aanwezige appendages (bijv. zeefje, perlator, koppelstukje).
2. Ontsmetten van het tappunt
- Voor de bemonstering van bacteriologische parameters met uitzondering van legionella, fagen en ATP moet de kraan eerst worden ontsmet.
- Dit kan met een brander, 70 % ethanoloplossing of bacteriedodende doekjes, doordrenkt met 70 % isopropanoloplossing.
- Continu stromende kranen behoeven niet te worden ontsmet.
3. Bemonstering bacteriologisch parameters
- Doe de kraan open en laat vervolgens de kraan stromen met een rustige stroomsnelheid
- Draai de dop van de fles.
- Houd de dop in de hand met de binnenzijde naar beneden.
- Praat niet tijdens het vullen van de fles.
- Vul het flesje tot in de hals.
- Draai de dop weer op de fles.
- Doe de kraan weer dicht
4. Transport van de monsters
- De monsters moeten na monstername gekoeld bewaard worden tijdens vervoer naar het laboratorium.
- Onder koelen wordt een temperatuur van 2 tot 8 graden Celcius verstaan.
- Dit kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd met behulp van koelboxen, waarin (smeltend) ijs zit.
Tips > Voor meer informatie
Op Spetter vind je diverse filmpjes met uitleg. Klik hier voor de pagina met meer uitleg.
Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.